Het houden van onbehandelde hennen: uitdagingen en kansen
Het houden van hennen met een hele snavel stelde ons een paar jaar geleden voor een grote uitdaging: “Zou dat wel goed gaan en gaan de kippen elkaar niet massaal pikken?” Er werd veel aandacht besteed aan veren pikgedrag vooral in relatie met voersamenstelling, voerstructuur en lichtintensiteit.
Tenenpikkerij
Nu zijn we zover gekomen dat er nauwelijks nog behandelde koppels leghennen in Nederland zitten en tot onze grote verrassing gaat het eigenlijk heel erg goed! We zien niet de grote problemen met kannibalisme waar we allemaal bang voor waren. Helaas heeft zich wel een nieuw probleem aangediend in de vorm van tenenpikkerij. Dit probleem is nog steeds actueel. Door de fipronil affaire een beetje naar de achtergrond verdrongen, maar zeker niet weg. Het blijft vooralsnog een raadsel waarom sommige koppels helmaal ontsporen terwijl andere koppels niet of nauwelijks problemen laten zien. Ook het pilot onderzoek via de GD heeft geen concrete aanwijzingen opgeleverd. Er lijken, zoals met zoveel problemen, meerdere oorzaken aan ten grondslag te liggen; Multi factorieel zoals we dat zo mooi zeggen!
In de praktijk leren we echter snel bij. Net zoals het houden van hennen in voliesystemen, het houden van hennen buiten de stal, de omschakeling van bruin naar wit en nu dus ook de onbehandelde hen. Wij zijn meesters in het omschakelen, door de markt gevraagd en ingegeven. Het dwingt ons na te denken over de dingen die we doen en waarom we ze zo doen. Ik heb het dan vooral over management factoren. Naast het feit dat we het voer gemiddeld genomen wat luxer hebben gemaakt qua samenstelling is er door de voerfabrieken ook heel veel aandacht besteed aan voerstructuur. Dit blijft een continue uitdaging, want ook grondstoffen zijn variabel van kwaliteit. Daarnaast blijven we optimaliseren omdat er nu nmaal geld verdiend moet worden! Waar we ook veel meer op zijn gaan focussen is blokvoedering; het voeren in twee beurten vlak achter elkaar. Hierdoor wordt selectief pikken voorkomen en houden we het koppel beter in balans. Dit begint al in de opfok en ook hier is meer aandacht voor de manier van voeren, voersamenstelling en voerstructuur. Mogelijk kunnen we door bepaalde toevoegingen in het voer de huidstructuur en bevedering nog verder verbeteren om problemen te voorkomen.
Lichtintensiteit
Dat pikgedrag ook vooral te maken heeft met lichtintensiteit is overduidelijk. Ook daar moeten we nog uitvinden wat optimaal is. Hoeveel lux moet je geven einde opfok en bij het opstarten van een legkoppel. In ieder geval niet te veel! Ook hier geldt: Voorkomen is beter dan genezen! Daarnaast leren we ook dat we niet de hele dag overal licht hoeven te geven. Naast split feeding is er dus ook sprake van een split lighting systeem! Ook hier is het vinden van de balans belangrijk. Het mag niet leiden tot teveel buiten nest eieren of verminderde voeropname. De laatste tijd zie ik mooie dingen gebeuren met lichtkleur. Er wordt meer aandacht gegeven aan warmere kleuren licht, maar ook aan andere kleuren licht dan we gewend zijn zoals inmengen van rood licht, groen licht en blauw licht. En je ziet het gedrag van de hennen veranderen! Ik ben ervan overtuigd dat we hier ook nog veel kunnen leren en ongewenst gedrag kunnen voorkomen.
Management
Maar het allerbelangrijkste blijft u als pluimveehouder! Goed waarnemen, tijdig signaleren en dus ook op tijd aan de bel trekken blijven de uitgangspunten voor een goed management en het voorkomen van problemen. Daarbij kunt u gebruik maken van de expertise van uw voorlichter, maar ook vooral van uw dierenarts. Want wij zijn allang niet meer de medicijnenleveranciers van weleer. Wij hebben geleerd om koppels te managen. Ik voel mij tegenwoordig vaak veel meer pluimveehouder dan dierenarts en ben continu bezig met nadenken over het verbeteren van resultaten door het optimaliseren van managementfactoren. Of we daar samen met u in gaan slagen? De tijd zal het leren, maar een goed begin is het halve werk!